Hij is geen vrijmetselaar, maar wel een held!
De beroemde Spaanse dichter en toneelschrijver Frederico García Lorca staat vooral bekend om zijn literaire werk en zijn betrokkenheid bij de Spaanse culturele en politieke bewegingen van zijn tijd, maar er is inderdaad geen enkel historisch bewijs dat hij lid is geweest van de vrijmetselarij. Een van mijn Spaanse vrienden, wel een vrijmetselaar, noemt hem met grote genegenheid een ‘vrijmetselaar zonder voorschot’. Ja, Spanjaarden zijn trots op Lorca! Hij is overigens ook een van mijn helden.
Federico García Lorca wordt geboren op 5 juni 1898 in Fuente Vaqueros, een klein dorp in de provincie Granada, Spanje. Hij groeit op in een middenklasse familie; zijn vader is landeigenaar en notaris, zijn moeder een muzieklerares. Deze omgeving stimuleert zijn vroege interesse in kunst en cultuur, 2 elementen die zijn leven en werk diepgaand zullen beïnvloeden.
Van jongs af aan toont Lorca een uitzonderlijk talent voor tekenen en schrijven. Hij verhuist naar Granada om rechten te studeren aan de bekende Universiteit daar, maar zijn ware passie ligt bij literatuur en muziek. Naast zijn rechtenstudie bestudeert Lorca intens de Spaanse folklore en traditionele muziek, wat een grote bron van inspiratie wordt voor zijn latere werk. Hij raakt ook bevriend met andere intellectuelen en kunstenaars van zijn tijd, waaronder componist Manuel de Falla en schilder Salvador Dalí, met wie hij van 1925 tot 1928 een gepassioneerde vriendschapsrelatie heeft. Voor Lorca is het niet louter vriendschap. En als hij meer verlangt wijst Dalís de avances van hem af.
In 1919 verhuist hij naar Madrid, waar hij deel wordt van de invloedrijke Generatie van ’27. Dit is een groep avant-garde dichters en artiesten die dan de Spaanse kunst en literatuur diepgaand hervormen. Die periode is overigens ook van grote betekenis voor Lorca’s ontwikkeling als kunstenaar; hij experimenteert met verschillende literaire vormen, waaronder poëzie, toneel en proza.
Het werk van Lorca kenmerkt zich door een gevoelsmatig diepe verbinding met Andalusische culturen en tradities. Zijn poëzie is rijk aan symboliek, emotie en humor, vaak verweven met thema’s als liefde, dood, verlangen, en sociale onrechtvaardigheid. Een van zijn bekendste poëziebundels is ‘Romancero Gitano - Zigeunerromances’ (1928), een bijzonder schitterend eerbetoon aan de zigeunercultuur in Spanje, maar ook universele thema’s van vrijheid en verdriet behandelt. Het zit vol symboliek en de originele versie, de Spaanse dus, heeft een heel muzikale, zelfs hypnotiserende alliteratie; zie onderaan deze blog.
Lorca is ook een getalenteerd toneelschrijver. Zijn drama’s, zoals de indringende trilogie ‘Bodas de Sangre - Parels van Bloed’ (1933), ‘Yerma’ (1934) en ‘La Casa de Bernarda Alba - Het Huis van Bernarda Alba’ (1936), behandelen sociaal taboe en menselijke tragedies met een intense emotionele diepgang. Zijn toneelstukken worden overigens nog steeds opgevoerd en beschouwd als meesterwerken van het Spaanse theater. Wereldwijd!
Lorca wordt in die tijd hooglijk gewaardeerd om zijn artistieke talenten, maar is tegelijkertijd ook iemand die zich nadrukkelijk bewust is van de sociale en politieke problemen in Spanje. Hij heeft een duidelijke sympathie voor linkse politieke bewegingen en is uitgesproken kritisch over de onderdrukking en conservatieve instellingen van zijn tijd. Zijn openlijke homoseksualiteit, in het Spanje van de jaren 1920 en 1930 een groot taboe, maakt hem daarbij evenwel nogal kwetsbaar in de steeds meer polariserende samenleving in het Spanje van ‘toen’.
In 1936 breekt de Spaanse Burgeroorlog uit, een conflict tussen republikeinen en nationalisten dat het land diep verdeelt. Lorca, die in Granada is als de oorlog begint, wordt gevangengenomen door ‘nog altijd onbekende verantwoordelijken’ die - dat is wel duidelijk - aan de nationalistische zijde staan. Die arrestatie en daaropvolgende executie zijn omgeven met tragiek en mysterie, maar het is duidelijk dat zijn politieke overtuigingen, zijn literaire kunst en zijn seksuele geaardheid een rol spelen in zijn dood. Op 19 augustus 1936 wordt Federico García Lorca geëxecuteerd, een verlies dat de Spaanse literatuur en cultuur diep raakt. Nog altijd. Op last van wie en waarom hij vermoord is en waar zijn laatste rustplaats is, zijn nog altijd prangende vragen in het huidige Spanje die wachten op een antwoord. Er zijn zelfs verschillende opgravingen geweest, tot op heden zonder enig resultaat.
Federico García Lorca - zo laat Google lezen - ‘wordt vandaag de dag beschouwd als een van Spanje’s grootste dichters en toneelschrijvers. Zijn werk blijft een bron van inspiratie en wordt wereldwijd gelezen, bestudeerd en opgevoerd. Zijn unieke combinatie van traditie en moderniteit, zijn muzikaliteit en zijn diepe menselijkheid maken hem tot een tijdloze figuur in de literatuurgeschiedenis.’
Voor mij persoonlijk is het werk van Lorca een bevestigende herinnering aan de waarden van wijsheid, kracht en schoonheid. Lorca’s artistieke moed in tijden van politieke en sociale onderdrukking, raakt mij iedere keer opnieuw als een waarschuwende herinnering om te verbinden (wijsheid), te confronteren (kracht) en te transformeren (schoonheid). Ondanks het vreselijke drama dat zijn leven voortijdig beëindigt, leeft hij voort in zijn werk dat verhaalt over de meest fundamentele menselijke emoties en ervaringen, zoals ook de vrijmetselarij doet.
Strofe uit ‘Romancero Gitano - Zigeunerromances’:
‘Verde que te quiero verde.
Verde viento. Verdes ramas.
El barco sobre la mar
y el caballo en la montaña.’
Vertaling:
‘Groen, ik hou van jouw groen.
Groene wind. Groene takken.
De boot op de zee
en het paard op de berg.’
Reactie plaatsen
Reacties
Mooi verhaal, als Spanje bewoner een erg waardevol blog.